Miljoenen muzieknoten in enkele minuten
Terwijl een normaal liedje enkele duizenden muzieknoten heeft, bestaat er een muziekgenre waarbij het om de meeste muzieknoten gaat: Black MIDI. Hoewel ze maar enkele minuten duren bevatten deze songs miljoenen noten. Het genre ontleedt zijn naam aan het resultaat als je al die noten op een notenbalk probeert te tonen. Die staat dan zo vol met noten dat je één grote zwarte vlek ziet. De composities worden doorgaans in de vorm van MIDI-bestanden verspreid, die dan in allerlei muzieksoftware af te spelen zijn. Het muziekgenre schijnt ontstaan te zijn in 2009 toen een Japanner een ‘blacked’ remix van een song uit het game Touhou Project 6 publiceerde. Al vlug kreeg hij navolging van heel wat anderen en zo ontstond het genre ‘Black MIDI’. Het resultaat is overigens nog verrassend melodieus voor zo’n explosie van muzikale noten…

http://bit.ly/1fpZPFs

 

Al dertig jaar dezelfde maintainer
Elk jaar komt er nieuwe software uit en heel wat ontwikkelaars verliezen de interesse in hun software en geven de verantwoordelijkheid door aan iemand anders. Elke commandline Linux-gebruiker kan echter al dertig jaar lang rekenen op de inzet van Mark Nudelman. In 1983 ontwikkelde hij less, omdat hij in more niet achteruit kon gaan tijdens het bekijken van logbestanden. Hij had dit nodig voor zijn werkgever, die software ontwikkelde die enorme logbestanden creëerde. Eén van Nudelmans collega’s zei voor de grap dat ze een backwards more nodig hadden, waarna Nudelman dit effectief ontwikkelde en het de naam less gaf. Eerst bleef het tot intern gebruik bij zijn werkgever, maar in 1985 publiceerde hij de broncode in de nieuwsgroep net.sources en zo rolde Nudelman in de open source-wereld. Dertig jaar lang is hij less blijven ontwikkelen en heeft hij suggesties en bugfixes van heel wat mensen opgenomen. Denk hier eens aan als je de volgende keer less gebruikt om door een logbestand te ploeteren. Je wordt geholpen door dertig jaar inzet van één heel toegewijde ontwikkelaar; Mark Nudelman!

http://www.greenwoodsoftware.com/less/faq.html#history

Rood, groen, blauw en Chuck Norris
Jeremy Goodell was een cursus webprogrammeren aan zijn leerlingen aan het geven. In het huiswerk dat zijn leerling inleverden, ontdekte hij dat ze vreemde kleurennamen invulden in het color-attribuut, zoals <body bgcolor=”chucknorris”> en <body bgcolor=”spiderman”>.

Die waardes bleken ook nog eens allerlei kleuren op te leveren, maar hij begreep niet hoe dat kon. Na wat experimenteer- en zoekwerk bleek dat browsers een willekeurige tekenreeks volgens een specifiek algoritme omzetten naar een RGB-kleurcode. Dat gaat in vijf stappen:

1.Verander elk teken dat geen hexadecimaal cijfer is naar een 0.

2.Voeg nullen aan het einde toe tot het aantal tekens deelbaar is door drie.

3.Splits de tekenreeks in drie gelijke delen.

4.Als elk deel meer dan twee tekens bevat en met een 0 begint, verwijder dan de 0 in het begin.

5.Als elk deel nog altijd meer dan twee tekens bevat, neem dan enkel de eerste twee tekens.

Als we dat algoritme op de kleur ‘Spiderman’ toepassen, wordt dat: 1. 000de00a0 2. 000de00a0 3. 000 de0 0a0 4. 000 de0 0a0 5. 00 de 0a. Spiderman komt dus overeen met de kleur #00de0a of iets groens. De kleur ‘chucknorris’ wordt: 1. c00c0000000 2. c00c00000000 3. c00c 0000 0000 4. c00c 0000 0000 5. c0 00 00 of een rode kleur. Probeer ook eens ‘grass’, ‘crap’ en ‘ninjaturtle’. Op de website van Tim Pietrusky kun je allerlei kleurennamen uitproberen.

http://bit.ly/1bdhwY1

http://bit.ly/1igyxmb

 

Motorola maakt blokkendoos van smartphone
De Nederlandse ontwerper Dave Hakkens kwam een tijdje geleden met zijn project Phonebloks in het nieuws. Phonebloks is een duurzame telefoon, waar je zelf allerlei componenten kunt vervangen, omdat het apparaat als een soort blokkendoos is opgebouwd. Nu blijkt dat Motorola – sinds een tijdje onderdeel van Google – wel interesse heeft om een modulaire smartphone te bouwen. Ze werken daarvoor samen met Phonebloks om die visie te realiseren. Het resultaat is Project Ara. De telefoons gaan uit een ‘endoskelet’ bestaan, waarop allerlei modules te monteren zijn. In plaats van elke twee of drie jaar een nieuwe telefoon te kopen, herstel je dan de modules die het begeven hebben. Motorola heeft aangekondigd om binnen korte tijd met een developer kit op de markt te komen.

http://bit.ly/1aMttpS

https://phonebloks.com/

GitHub toont diffs van 3d-afbeeldingen
De populaire website GitHub (waar grotendeels allerlei saaie broncode opstaat) wordt meer en meer gebruikt voor open hardware. Daardoor zijn er heel wat 3d-structuren gedefinieerd in bestanden, vaak in stl-formaat. De ontwikkelaars van GitHub hebben deze trend uiteraard gezien en zijn erop gesprongen met een coole functie: een 3D file viewer. Klik je op het knopje View bij een stl-bestand, dan krijg je het 3d-model te zien. Dat kun je ronddraaien met de muis, je kunt erop in- en uitzoomen en het model is te bekijken in de vorm van solide vlakken of een wireframe. Onder de motorkap draait de JavaScript-library Three.js en WebGL. Het wordt echter nog leuker! Als je een commit of een verzameling wijzigingen aan een stl-bestand bekijkt op GitHub, krijg je een ‘visuele diff’ te zien. Alle ongewijzigde 3d-vlakken worden in een wireframe getoond. Toegevoegde onderdelen zijn groen en verwijderde onderdelen krijgen een rode kleur. Er is ook een andere modus, waarbij je met een schuifregelaar tussen de huidige en vorige commits overschakelt.

https://help.github.com/articles/3d-file-viewer

 

Fabrickation als alternatief voor 3d-printen
3D-printers zijn al jaren dé hype, maar wat vaak niet verteld wordt, is dat ze vrij traag werken. De printer moet het geproduceerde model immers laagje per laagje opbouwen. Enkele onderzoekers van het Hasso Plattner Institute in Potsdam hebben daar iets op gevonden. Construeer het grootste deel van het object gewoon in LEGO-blokjes! Met de software faBrickator geef je aan bij welke onderdelen de nauwkeurigheid belangrijk is en die onderdelen worden in hoge resolutie gemaakt op een 3D-printer. De rest van het ontwerp wordt in standaard LEGO-blokjes omgezet. De software toont bovendien montage-instructies om te helpen bij het assembleren. De montage van een head-mounted display voor een smartphone nam op die manier 67 minuten in beslag (3D-printen van enkele onderdelen en manuele assemblage van het LEGO-model), terwijl een volledig 3D-geprint model 14,5 uur nodig had. Dat is maar liefst 13 keer trager. Een ander voordeel van deze aanpak is dat wijzigingen gemakkelijk aan te brengen zijn. Je hoeft niet het hele model opnieuw te printen, maar slechts enkele onderdelen volstaan. Dat voordeel verdwijnt natuurlijk als je LEGO-model tegen een stootje moet kunnen en je de blokjes aan elkaar lijmt…

http://stefaniemueller.org/fabrickation/

 

Opel-rijder bedenkt oplossing tegen oververhitting van baby’s
Uit wedstrijden voor would-be uitvinders komt meestal niet veel goeds, maar er zijn uitzonderingen. De Belg Kenny de Vlieger – vader van twee kinderen – bedacht voor de Opel Smart Options wedstrijd een levensreddende wagenoptie, die het haalde uit 1350 ideeën. Zijn idee was een sleutelhanger die oververhitting van zijn kinderen in de wagen moet voorkomen. Elke zomer sterven er immers 20 kinderen in Europa in oververhitte wagens, omdat de ouders hen ‘even’ alleen achterlaten en dan de tijd uit het oog verliezen. De oplossing die de Vlieger ontwikkelde, doopte hij tot Gabriel, omdat zijn idee als een soort beschermengel over de kinderen waakt. Het gaat om een sleutelhanger, die draadloos in verbinding staat met een drukgevoelig matje, dat in het kinderzitje gemonteerd wordt. Als de bestuurder de wagen verlaat, terwijl er nog een kind in het autostoeltje zit, krijgt hij een waarschuwingssignaal. Vanaf dan meet het matje de temperatuur. Zodra die temperatuur boven de 28 graden uitkomt, gaat er op de sleutelhanger een hittealarm af. De Vlieger kreeg al een Gabriel in zijn Opel Astra gemonteerd, nu de rest nog!

http://opelgabriel.com/nl

 

Zwevende man in pak
Unicode is een internationale standaard voor de codering van grafische symbolen, eigenlijk een uitbreiding van ASCII. In de eerste versie waren zo’n 7.000 symbolen gedefinieerd, maar in versie 6.1 is dat aantal al toegenomen tot meer dan 110.000. En we zijn nog niet eens aan het einde. In Unicode 7.0, – dat in de tweede helft van 2014 verwacht wordt – zitten zoals het er nu naar uitziet meer dan 2.800 extra symbolen. De meeste daarvan zijn een aantal schriften van talen, die nog niet opgenomen waren, maar er zijn ook honderden wingdings, webdings en andere pictogrammen in opgenomen, waarvan het nut twijfelachtig is. Kijk bijvoorbeeld eens naar symbolen 1F594 tot en met 1F596: reversed victory hand, reversed hand with middle finger extended en raised hand with part between middle and ring fingers. Of wat te denken van symbool 1F574, man in business suit levitating? De reden waarom dat symbool toegevoegd wordt is eenvoudig: omdat het al sinds 1997 in het Webdings-font van Microsoft opgenomen is…

http://babelstone.blogspot.com/2013/10/whats-new-in-unicode-70.html