Open source is nog nooit zo populair geweest, maar het is onduidelijk of dit te maken heeft met de licentievorm of eerder met het prijskaartje. Jaren geleden maakten we al snel onderscheid tussen gratis en vrij met de woorden free as in freedom, not free as in beer. Twee decennia later eisen ontwikkelaars het bier, maar zijn wat nonchalant over de vrijheid. Vraag maar aan GitHub dat deze week werd gekocht door Microsoft.

Jaren geleden analyseerde Redmonk’s Donnie Berkholz de opkomst van permissieve licenties: een verschuiving van restrictieve GPL-licenties naar laissez-faire-licenties in Apache-stijl. Columnist Glyn Moody bekeek de data en klaagde: “De logische evolutie van de overgang naar een licentie die meer toestaat is eentje die alles toestaat”. Dat is precies wat er is gebeurd.

Vanaf 2013 bevatte minder dan 15 procent van alle repositories op GitHub een licentie – open source of anderszins. Na jaren van inspanningen om dit te veranderen, heeft een stijgend percentage van de GitHub-repositories nu een licentie, maar het is nog steeds een puntige minderheid van alle projecten.

Hoewel GitHub ‘s werelds grootste repository voor open source code is, is GitHub zelf propriëtair en leek niemand zich tot deze week daar zorgen over te maken. Hetzelfde geldt voor Atlassian (overigens ook een van de potentiële kopers van GitHub voordat Microsoft bedrijven als Atlassian en Google de pas afsneed). Atlassian is een bedrijf dat enorm populaire, maar propriëtaire ontwikkeltools maakt. Beide zijn gratis of goedkoop, maar niet open source.

De GitHub-generatie lijkt vooral geïnteresseerd te zijn in gratis beschikbare code en niet in open source op zich. Dit duidt op een groter probleem in open source, een probleem dat al vanaf het begin bestaat, maar dat misschien werd versluierd door de religieuze oorlogen zoals GPL versus Apache-licenties. Die kwestie? Ontwikkelaars willen best wel vrijheid, maar ze zijn vooral gek op gratis.

Natuurlijk zwaaien we graag met de vrijheidsvlag, maar zoals de Turbonomic-evangelist Eric Wright openhartig toegeeft: “Ik geloof dat ‘vrijheid’ eerder een must-have is dan ‘open’. Ik leun in de richting van open, maar zwaarder in de richting van vrij.” Hij is niet alleen. Ben Werdmuller, een ontwikkelaar die investeerder is geworden: “Voor de meeste mensen betekent open source eigenlijk ‘gratis’, en dat is het grootste verkoopargument.”