Linux Mint biedt drie verschillende edities aan: Cinnamon, MATE en XFCE. Maar wat zijn nou precies de verschillen tussen deze drie edities? Wij zochten het voor je uit.

Een Linuxdistributie is een selectie van honderden open source programma’s die samen een bruikbaar besturingssysteem vormen. Voor heel wat taken bestaan verschillende open source programma’s. Het is dus aan de makers van een distributie om voor elke component een bepaald pakket te kiezen. De meest zichtbare keuze bij distributies voor desktops en laptops is ongetwijfeld de desktopomgeving. In Windows en macOS zijn de aanpassingsmogelijkheden van de desktop beperkt: je kan een ander thema kiezen, extra widgets toevoegen aan je desktop of de positie en grootte van de taakbalk/dock wijzigen. Wil je een ander startmenu of dock? Dan heb je pech: die componenten zijn zelden inwisselbaar. 

Maar voor Linux bestaan verschillende desktopomgevingen met elk een eigen karakter. Verkies je een dock, zoals op macOS? Dan moet je Gnome 3 eens proberen. Werk je liever met een klassieke taakbalk en een startmenu? Dan is XFCE  waarschijnlijk meer iets voor jou. De keuze van een desktopomgeving is dus grotendeels gebaseerd op persoonlijke voorkeuren. Daarom bieden distributies vaak meerdere versies aan met elk een eigen desktopomgeving. Bij Linux Mint is daar echter een andere reden voor. Om die te begrijpen, moeten we eerst even terug in de tijd.

Pagina 1

Pagina 2